Vandaag, 20 februari 2014, mocht ik in het bijzondere Museo Nazionale Delle Arti Del XXI Secolo in Rome een lezing geven tijdens de studiedag ‘Communicating Architecture’. Een veelheid aan professionals – waaronder architecten, ontwerpers, politici en journalisten – reflecteerden op de vraag of architectuur kan fungeren als communicatiemiddel, en hoe de sociale betekenis ervan bij een groter publiek onder de aandacht kan worden gebracht.
In mijn lezing ben ik vooral ingegaan op het ‘ownership’ van onze steden. “The freedom to make and re-make our cities is one of the most precious and neglected of our human rights”, schreef de Franse filosoof Henri Lefebvre in 1968 in zijn essay ‘The right to the city’. Deze vrijheid is sindsdien, in ieder geval in Nederland, alsmaar verder ingeperkt. De burger speelt eigenlijk geen rol in onze stedelijke ontwikkeling; hij of zij is gereduceerd tot woonconsument. Bestuurders en stedenbouwers werken liever samen met een klein aantal corporaties en projectontwikkelaars dan met een veelheid aan burgers, met elk hun eigen ideeën, wensen en fantasieën. Juist omdat er nauwelijks ruimte is voor zelfexpressie zijn steden niet langer een afspiegeling van de mensen die er wonen, wat maakt dat ze anoniemer worden. Lees verder